Winterse stoof van wildzwijnprocureur met steranijs

Speciaal voor de koude maanden hebben we nu een lekkere winterse stoofpot bereidt. En deze keer van een wel heel bijzonder stukje vlees. Namelijk wildzwijnprocureur.

Het is zoals de naam al zegt de nek van het zwijn. Ook wel procureur genoemd. En wat zwijn echt onderscheidt van het gewone varken is de diepe donkere kleur van het vlees en de wat zwaardere smaak. Daarnaast is het vlees ook wat magerder dan van het gewone varken. Hierdoor heeft het ook wat langer nodig om gaar te worden.

Dus een mooi gerecht om in het weekend te maken en lekker met de hele familie van te smullen. Deze hoeveelheid is voor 2 personen maar natuurlijk makkelijk uit te breiden om er meer mensen gelukkig mee te maken. Probeer het eens uit en als het goed bevalt misschien wel een origineel idee voor kerst!

Doe wat olie of boter in een braadpan. Snipper de ui en knoflook en fruit deze even aan. Snij de wildzwijnprocureur in blokjes van ongeveer 2x2 centimeter en doe ze erbij in de pan. Zodra de wildzwijnprocureur aan alle kanten een mooi kleurtje heeft kun je de rest van de ingrediënten toevoegen. Roer alles goed door en voeg als laatste het water toe.

Zodra het water kookt en alles er goed doorgeroerd is zet je het vuur op een klein pitje. Doe de deksel op de pan en laat de wildzwijnprocureur mooi gaar stoven. Je gerecht is klaar als het vlees uit elkaar gevallen is. De blokjes zijn nu mooie draadjes geworden. Dit duurt zo'n 3 a 4 uur. Is je stoof nog iets te dun naar je zin dan zou je het nog een beetje kunnen laten inkoken door de deksel van de pan te halen en het vuur wat hoger te zetten.

Aan tafel!